Wanneer u en uw eventuele toeslagpartner werken en u hierdoor genoodzaakt bent om gebruik te maken van Kinderopvang wordt u geconfronteerd met hoge kosten. Als tegemoetkoming voor deze kosten is er de Kinderopvangtoeslag.

Of u hiervoor in aanmerking komt hangt o.a. af van het inkomen van u en uw eventuele partner, of uw kind naar een geregistreerde Kinderopvangorganisatie gaat en of u werkt of een traject naar werk volgt. Onder bepaalde voorwaarden kan uw kind ook opgevangen worden door opa en oma. De regels met betrekking tot dit zogenaamde gastouderschap zijn wel strenger geworden.

Het maximale aantal uren waar u Kinderopvangtoeslag voor kan krijgen is 230 uur per maand per kind ( voor alle opvanginstellingen samen ). Het maximum uurtarief hangt af van de soort opvang. Wanneer u meer betaald dan het maximum uurtarief krijgt u voor de kosten boven dit tarief geen opslag.

Het recht op kinderopvangtoeslag is gekoppeld aan het aantal uren van de partner die het minste werkt. Wanneer uw kinderen nog niet naar school gaan heeft u recht op 140% van die gewerkte uren, en wanneer ze wel naar school gaan op 70% van die gewerkte uren aangezien er dan minder gebruik wordt gemaakt van de opvang.

De ontvangen toeslag is steeds een voorschot. Uiteindelijk volgt er achteraf een definitieve berekening aan de hand van de daadwerkelijke kosten voor de kinderopvang en van uw toetsingsinkomen. Het is dus erg belangrijk om tussentijdse wijzigingen in het aantal uren opvang, of van de hoogte van uw inkomen gelijk te melden. Het bedrag kan op basis hiervan worden aangepast.

Wanneer achteraf blijkt dat u aanvraag niet correct was of er geen wijzigingen zijn doorgegeven kan het zijn dat u hoge bedragen moet terugbetalen. Om zeker van u zaak te zijn kunt u dit beter uitbesteden.

Hoeveel dit u kost ziet u op de pagina met tarieven.